Stap 2: Leerdoel
Het bepalen van het leerdoel is afhankelijk van een aantal factoren:
Niveau & discipline van de cursus
Het niveau & de discipline van de cursus waarvoor de deelnemers zich hebben ingeschreven is bepalend voor het leerdoel. Voor CWO aangesloten zeilscholen en verenigingen wordt een belangrijk deel bepaald door wat er in het diploma staat. Je kan op de site van het CWO lezen wat de diploma-eisen zijn per niveau en discipline.
Beginniveau
Hoe je het beginniveau bepaald en wat daarop van invloed is, leer je in de vorige les.
Hoe het beginniveau van invloed is op het bepalen van het leerdoel, gaat vooral over de opbouw van de les. Wat weten de deelnemers nog van de vorige les? Welke vaardigheden die geleerd zijn tijdens de vorige les, hebben ze nog steeds onder controle? Het zijn vragen en oefeningen waarmee je iedere les altijd kan beginnen. Je kan dus altijd beginnen daar waar de vorige les mee afgesloten is. Wanneer je de groep niet kent, het de eerste les van deze cursus is of de deelnemers hebben verschillende achtergronden in zeilen, dan is het verstandig om voldoende tijd in te ruimen om het beginniveau vast te stellen en de les te beginnen met kennis en/of vaardigheden over de basis kennis en vaardigheden die nodig zijn voor de geplande les. Je merkt vanzelf hoever je terug moet zakken qua niveau of dat je meteen door kan schakelen naar de geplande oefening.
Opbouw van de cursus
Wanneer je een complete cursus gaat ontwerpen zijn daar verschillende gedachtes over. De ervaring leert dat slim is om te beginnen met de basis. Het is dan wel belangrijk om te weten wat er wordt verstaan onder de basis. Elke zeilschool of vereniging heeft daar misschien zo zijn eigen gedachtes over, dus vraag daar naar of spreek daar met mede instructeurs regelmatig over, zodat alle deelnemers op een locatie wel ongeveer een vergelijkbare opbouw van de cursus kunnen verwachten zodat instructeurs ook inwisselbaar zijn en lessen daarmee ook makkelijk overdraagbaar zijn.
Een logische opbouw van een cursus hangt dus af van vele factoren, maar grofweg kan je elke les of training opdelen in de volgende onderdelen:
- Basis kennis
- Basis vaardigheden
- Manoeuvres
Om manoeuvres uit te kunnen voeren is een goede basis nodig. Wat deze basis is, hangt weer af van het niveau en de discipline zoals eerder beschreven. Maar om een indruk te geven van een algemene indeling is hieronder heel algemeen beschreven wat er onder basis en manoeuvres wordt verstaan.
Basis kennis
Denk hierbij aan het begrip wat nodig is om het gestelde doel te kunnen bereiken. Je moet eerst snappen wat je moet doen en waarom je het op een bepaalde manier moet doen, om het vervolgens uit te kunnen voeren. Onder de basiskennis kan worden verstaan:
- Windbesef
- Windlijnen
- Koppels en krachten
- Zeiltrim
- Gewichttrim
Basis vaardigheden
Op dezelfde manier kunnen we kijken naar de basisvaardigheden die nodig zijn om manoeuvres uit te kunnen voeren. Denk hierbij aan de volgende indeling:
- Zeilbediening
- Plek in de boot
- Roerbediening
- Van boeg wisselen
- Tempo bepalen
Afhankelijk van welk boottype en welk niveau gevaren wordt is de volgorde bepalend. Een zwaardboot zal meer nadruk leggen op het gewicht dan in een kielboot. Vervolgens kan je gaan bepalen wat de volgende stap is die de deelnemers dienen te leren, maar check elke keer voor je verder gaat of de basis goed beheerst wordt.
Manoeuvres
Manoeuvres kunnen we simpelweg indelen in: aanleggen en wegvaren en dit kan je aan hogerwal of lagerwal doen. Een manoeuvre zoals man-over-boord is niet veel anders dan een combinatie van de basis en aanleggen hogerwal. Ankeren is vergelijkbaar maar dan lagerwal. We kunnen de manoeuvres dan ook zien als de toets of de basis goed beheerst wordt. Bij elke manoeuvre dient alle toegepaste basis op voldoende niveau te zijn, anders zal het niet lukken of het moet toeval zijn.
Beoogd eindniveau
Een leerdoel bepalen gaat dus in de meeste gevallen over de basiscompetenties in combinatie met de omstandigheden. De complexiteit van de omstandigheden is bepalend voor het leerdoel. Een gijp met windkracht 1 is een ander niveau dan met windkracht 4. Is de hogerwal aanleg op een plek met weinig ruimte of variabele wind, dan wordt de situatie complexer. Ook de mate van zelfstandigheid is van invloed op het bepalen van het leerdoel. Krijgt iemand hulp bij het uitvoeren van een manoeuvre of is hulp niet toegestaan?
Een leerdoel volgens R.F. Mager:
Leerdoelen moet geformuleerd worden in waarneembaar en meetbaar gedrag. Leerdoelen moeten helder en eenduidig zijn. Termen als enige, juiste en geschikte dienen daarom vermeden te worden. Voor zover mogelijk en relevant voldoet een leerdoel aan de volgende eisen.
- specificeert de beoogde leerlingendoelgroep;
- beschrijft het waarneembare eindgedragdat deze doelgroep na afloop van de les(senreeks) moet vertonen;
- vermeldt de belangrijkste omstandighedenwaaronder de leerlingendoelgroep het verwachte eindgedrag moet vertonen.
Mager, R.F. (1974). Leerdoelen formuleren. Hoe doe je dat? Groningen, Wolters Noordhoff